Dit familierecept voor draadjesvlees is al heel oud. Het is het lievelingsrecept van een hoogbejaarde dame. Haar moeder maakte het altijd op deze manier klaar! Vandaar de naam: Vlees à la mam. Het resultaat: langzaam gegaard, mals rundvlees.
Wat heb je nodig (voor 4-6 personen)?
– 1 kilo malse runderlappen
– 2 à 3 grote uien
– 200 gram (room)boter
– 1 eetlepel azijn
– 1 eetlepel bloem
– 1 wortel (in schijfjes gesneden)
– 1 takje gedroogde tijm, gemalen kruidnagel, nootmuskaat en kaneel. Bij elkaar niet meer dan een grote theelepel vol aan kruiden
– 1 klein laurierblad
– eventueel een klein teentje knoflook (naar eigen smaak)
– 1 flesje donkerbruin bier (33 cl)
– 200 ml. runderbouillon
Hoe maak je het rundvlees klaar?
Snijd het vlees in gelijke stukken en wrijf het in met peper en zout. Smoor in een pan de helft van de uien licht bruin in de helft van de boter. Neem de uien uit de pan en doe de rest van de boter in de pan. Nu braad je het vlees in twee porties bruin. Met een schuimspaan haal je het vlees uit de pan. Voeg nu de bloem toe aan de boter en laat het wat bruin worden. Voeg daarna het bier, de bouillon, de reeds gebakken uien en de rest van de (rauwe) uien, azijn en alle kruiden toe. Laat het geheel een beetje inkoken en voeg vervolgens het vlees toe. Sluit de pan, leg er eventueel een stuk op maat geknipt bakpapier bovenop (dit zorgt ervoor dat de sappen niet teveel verdampen) en laat het geheel minimaal 2,5 uur zachtjes stoven. Eventueel nog wat extra zout en/of peper toevoegen.
Draadjesvlees smaakt heerlijk met wat rijst, kruimige aardappels of stamppot zoals hutspot!
